Dit Wist Je Nog Niet Over het Balinese Hindoeïsme – 7 Dingen die je Echt Zullen Verrasse

Wanneer je voor het eerst voet zet op Bali, valt meteen op hoe anders het hier voelt dan in andere delen van Indonesië. Niet alleen door het groene landschap en de geur van wierook, maar vooral door de diepgewortelde cultuur en het unieke geloofssysteem. Bali is het enige eiland in Indonesië waar de meerderheid van de bevolking hindoe is – maar dan wel een heel eigen, Balinese variant.

Voor Nederlanders – nuchter, direct en praktisch – kunnen sommige gebruiken behoorlijk verrassend zijn. Hier zijn zeven typische elementen van het Balinese hindoeïsme waar je als reiziger misschien even je wenkbrauwen bij optrekt.

1. Overal Offerandes – Zelfs op je scooterzadel

Op straat, in winkels, bij tempels, op dashboards en op de grond voor je hotel: de canang sari zijn niet te missen. Deze kleine mandjes van palmblad, gevuld met bloemen, koekjes, rijst en wierook, zijn dagelijkse offers aan de goden én geesten. Balinezen brengen meerdere keren per dag offers om dankbaarheid te tonen en balans te bewaren tussen het goddelijke en het aardse.

👉 Wat je als Nederlander moet weten: stap er nooit zomaar overheen en trap er niet op – zelfs per ongeluk. Het wordt als respectloos beschouwd, al blijven Balinezen er zelf opvallend kalm onder.

2. Toeteren = sociaal en attent

In Nederland staat een toeter symbool voor irritatie of haast. Op Bali is het exact het tegenovergestelde: een vriendelijk signaal om aan te geven dat je eraan komt of iemand inhaalt. In het chaotische verkeer is het bijna een vorm van beleefde communicatie.

👉 Verwacht dus een hoop getoeter – het is meestal geen reden tot stress.

3. Baby’s blijven maandenlang van de grond

In de eerste 105 dagen na de geboorte mogen Balinese baby’s de grond niet aanraken. Ze worden beschouwd als heilig en nog dicht bij de godenwereld. Pas bij een speciale ceremonie, de Nyambutin, raken ze voor het eerst de aarde aan – een belangrijk ritueel dat hun komst in de menselijke wereld markeert.

👉 Als je een baby ziet die altijd wordt gedragen: dit is waarom.

4. Er is altijd wel ergens een ceremonie

Als je denkt dat je op Bali gewoon van A naar B kunt reizen zonder oponthoud, think again. Ceremonies maken een groot deel uit van het dagelijks leven – er zijn huwelijksceremonies, crematieprocessies, tempelfeesten en volmaanrituelen. Hele straten worden afgezet, mensen lopen in traditionele kleding met bloemen en torens vol offers, en gamelanmuziek klinkt door de lucht.

👉 Voor reizigers kan het onhandig zijn, maar probeer het als een kans te zien: je wordt onverwacht getuige van een stukje pure cultuur.

5. Tanden vijlen voor innerlijke rust

Een van de meest opvallende (en voor buitenstaanders vreemde) rituelen is het metatah of tanden vijlen. Balinese hindoes laten vlak voor hun huwelijk of tijdens de overgang naar volwassenheid hun hoektanden vijlen. Dit symboliseert het wegnemen van negatieve menselijke eigenschappen zoals jaloezie, woede en hebzucht.

👉 Het gebeurt vaak ceremonieel en met trots – een teken van spirituele zuivering.

6. Iedereen heet Wayan, Made of Ketut

In Bali draait het niet om een unieke naam, maar om de volgorde van geboorte. Het eerste kind heet meestal Wayan, de tweede Made, de derde Nyoman en de vierde Ketut. Komt er een vijfde kind? Dan begin je gewoon weer opnieuw bij Wayan. Daardoor kun je zomaar vijf Wayans tegenkomen in één straat.

👉 Om mensen toch uit elkaar te houden, wordt er vaak een bijnaam gebruikt of een toevoeging als "Wayan Big" of "Ketut Small".

7. Elke woning heeft een eigen tempel

Een Balinees huis is niet compleet zonder een sanggah – een familietempeltje in de tuin. Hier brengen gezinnen dagelijks offers aan hun voorouders en goden. De aanwezigheid van spiritualiteit is dus niet beperkt tot grote openbare tempels, maar zit verweven in het dagelijks leven, letterlijk in de achtertuin.

👉 Zelfs guesthouses of homestays hebben vaak hun eigen kleine tempel – let er eens op!

Bali Begrijpen is Bali Eren

Deze gewoonten zijn misschien even wennen, maar ze vormen de ziel van Bali. Wie openstaat voor deze tradities – hoe vreemd ze soms ook lijken – krijgt er een diepere waardering voor terug. Want Bali is meer dan rijstvelden en strand: het is een spiritueel eiland waar elke handeling betekenis draagt.